Kwarktaart

Deze kwarktaart is heel erg lekker fruitig door de mandarijn die erin verwerkt is. Hij is zacht dus ook lekker voor peuters, kleuters en mensen die slechte tanden hebben.

Wat heb je nodig:

1. 1 pak lange vingers

2. 2 bakje kwark

3. 1/4 liter slagroom

4. blik vruchten (wij maken heb hier met mandarijn)

5. 150 gram basterdsuiker

6. 2 zakjes vanillesuiker

7. 1 citroen (of citroen sap)

8. 6 blaadjes gelatine

9. Koelkast

10. Kom

11. Iets waarmee je kan roeren

12. Pannetje

13. Water

14. Vergiet

15. Fornuis

16. Mixer of garde

17. Bakvorm

Wat moet je doen:

Was natuurlijk eerst je handen voordat je gaat beginnen! Doe de kwark, basterdsuiker, vanille suiker en wat citroensap in de kom. Gebruik van de citroensap een scheutje. Meng het goed door elkaar zodat je een gladde massa krijgt.

Open nu het blik met vruchten en gebruik het vergiet om de vruchten en het sap van elkaar te scheiden. Je hebt het allebei nog nodig dus giet niet het sap door de gootsteen. 

Laat de 6 gelatine blaadjes in een pannetje met koud water weken. Laat het niet helemaal oplossen. Haal de gelatine, die nu zacht is geworden, eruit en knijp hem uit. Gooi het water uit het pannetje en doe nu het sap van de vruchten in het pannetje. Doe daar de gelatine in en verwarm dit al roerend. Als hij goed is lost de gelatine helemaal op.

Als de gelatine volledig is verdwenen in het warme vruchtensap zet je het vuur uit en giet je het sap (met de gelatine) in het mengsel dat je al eerder gemaakt hebt. Roer dit goed door elkaar heen.

Klop nu de slagroom met de mixer of garde. Hij moet niet te hard worden, zoals boter. Maar ook niet te zacht, als soep. Een beetje zoals de slagroom uit een spuitbus. Voeg deze slagroom ook toe aan het mengsel. Roer het weer goed door elkaar.

Hierna kun je je mengsel in de koelkast doen. Hier moet hij ongeveer 30 minuten blijven staan dus is het handig om een timer aan te zetten zodat je het niet vergeet. Als het mengsel in de over staat, maak je de bodem. Pak de bakvorm en het pak met lange vingers. Je moet nu de volledige bodem van de bakvorm bedekken met de lange vingers. Je mag ze natuurlijk in stukjes breken. Het is niet erg als er een paar kleine lege kiertjes blijven. 

Na de 30 minuten kijk je of je mengsel al wat stijver is geworden. Het is de bedoeling dat je hem nog wel kan gieten, maar zorg er voor dat hij niet te vloeibaar is want dan komen de lange vingers weer naar boven drijven en heb je geen bodem meer. Als je mengsel goed is giet je hem in de vorm en zet je de vorm weer in de koelkast.

Laat hem hier staan totdat je hem gebruikt.